// tPhC // A dialogue on foundational values and principles for the sustainable development goals, United Nations HQ, New York

undpingoimage

A dialogue on foundational values and principles for the sustainable development goals: learning from the peoples sustainability treaties.

This workshop was organised as part of the 65th Annual UN DPI/NGO Conference taking place at the United Nations Headquarters, New York.

Scope

The workshop was organised as a dialogue on the meaning of the foundational values and principles for the SDGs and on how they could inspire governance and responsible practice. The scope of the workshop was to explore and determine relevant attention points and to formulate practical recommendations to better embed meaningful reflection on values and principles for the SDGs in the post-2015 Development Agenda.

Time and venue

28 August 2014, 16:45 – 18:00, Conference Room E, North Lawn Building, UN HQ

Moderator

Ashwani Vasishth, Professor, Environmental Planning; Director, Sustainability Studies, Ramapo College of New Jersey

Speakers

Presentations on the Peoples’ Sustainability Treaties (PSTs) and their relevance to the Sustainable Development Goals (SDGs)

1. Ashwani Vasishth, Professor, Environmental Planning; Director, Sustainability Studies, Ramapo College of New Jersey

2. Gaston Meskens, Centre for Ethics and Value Inquiry of the University of Ghent

3. Rick Clugston, Association of University Leaders for a Sustainable Future and Forum 21

Respondents

4. Neera Singh, University of Toronto

5. David Barkin, Universidad Autonoma Metropolitana-Xochimilco, Mexico

6: Malu Freitas, Peoples’ Sustainability Treaties

Supporting organisations

Sponsor

Centre for Environment & Development, Sri Lanka

Co-Sponsors

Centre for Ethics and Value Inquiry, University of Ghent (Belgium); Indigenous Peoples’ and Local Community Conserved Areas and Territories (ICCA); Kalpavriksh (India); Ramapo College of New Jersey; University Leaders for a Sustainable Future (ULSF)

Information

on the 65th Annual UN DPI/NGO Conference is here;

on the Peoples’ Sustainability Treaties initiative is here;

For more information on the PSTs, contact Uchita de Zoysa, initiator and Global Facilitator of the Peoples’ Sustainability Treaties, Chairman of Global Sustainability Solutions (GLOSS), and Executive Director of Centre for Environmentand Development (CED).

 

 

// tPhC // [Occupy Reflection Space #3] Er is geen logica (van complexe sociale problemen)

Deel 3 van de serie Occupy Reflection Space

Deze tekst is een herwerkte versie van de originele, zoals verschenen op 10 juli 2014 op Apache.be (https://www.apache.be/gastbijdragen/2014/07/10/er-is-geen-logica-van-complexe-sociale-problemen/).

technocracy

[Occupy Reflection Space #3] Hoe kunnen we in deze wereld nog een betekenisvol punt maken, in de zin van een argument dat het potentieel heeft om iets ten goede te veranderen in die wereld? In de inleiding op deze reeks essays suggereerde ik onder de titel ‘Filosofisch activisme voor het algemeen belang’ waarom we op zoek moeten naar de theoretische wortels en de praktische mogelijkheden van een nieuwe noodzakelijke vorm van politiek overleg. In drie eerder filosofische stukken ga ik daar dieper op in en daarna trekken we het veld in. In een eerste stuk argumenteerde ik waarom activisme goed is voor de democratie. In deze tekst redeneer ik over wat het kan betekenen als we zeggen dat ‘de organisatie van onze samenleving’ een complexe zaak is, en argumenteer ik van daaruit over de noodzaak van kritiek. Ik vertrek van de stelling dat de complexiteit van onze sociale uitdagingen inherent is aan onze moderne maatschappij, in de zin dat ze onvermijdelijk is. Ik zal ook argumenteren dat er geen geprivilegieerde rationele methodes zijn om betekenis te geven aan die complexiteit, geen politiek-ideologische logica binnen de politiek, geen marktlogica, geen technisch-wetenschappelijke logica. Deze rationele methodes zijn, als producten van een modern emancipatieproces, onvolmaakte methodes die echter vandaag nog steeds in stand gehouden worden door de protagonisten van hun eigen interne logica: de politiek bepaalt zelf de mogelijkheden van publieke inspraak; de markt bepaalt nog steeds initieel haar ethische grenzen en de politiek werkt enkel corrigerend als het te extreem wordt; de wetenschap bepaalt welke vorm van kennis relevant en waar is en de politiek en de markt bestellen de ‘inhoud’ zoals het hen uitkomt. Maatschappelijk vertrouwen in verband met een ‘fair omgaan met complexiteit’ impliceert daarom de formele mogelijkheid van kritiek. Concreet betekent dit dat de afbakening van de competitiviteit en de vrijheid van de markt moet bepaald worden door de politiek, en dat de afbakening die de politiek en de wetenschap zelf optrekken rond hun representativiteit en objectiviteit moet opengesteld worden voor deliberatie met de maatschappij. In een volgend stuk denken we dan verder na over een nieuw begrip van het idee deliberatieve democratie, geïnspireerd op het principe van het ‘recht om verantwoordelijk te zijn’ voor elke mens.

Lees verder in het journal Norms & Dialectics.

 

 

// tPhC // [Occupy Reflection Space #2] Kritische dromers, verenig u (waarom activisme goed is voor de democratie)

apache text 2

[Occupy Reflection Space #2] Hoe kunnen we in deze wereld nog een betekenisvol punt maken, in de zin van een argument dat het potentieel heeft om iets ten goede te veranderen in die wereld? In een reeks teksten, ingeleid onder de titel OCCUPY REFLECTION SPACE – Filosofisch activisme voor het algemeen belang gaan we op zoek naar de theoretische wortels en de praktische mogelijkheden van een nieuwe noodzakelijke vorm van politiek overleg.

lees tekst op APACHE.be

Deze reeks tekstenis ook samengebracht in het journal Norms and Dialectics

// tPhC // NY Workshop – Converging on a Peoples Transformative Agenda Post 2015

ramapo-workshop-postcard-final

See the programme and the text of my contribution at the website of my project The Possibility of Global Governance

 

… While the nations of the world tussled with the official documents and the statements and proclamations at the Rio+20 Summit, a vigorous Peoples’ Sustainability Treaties movement had begun to take shape—presenting an alternative, grass-roots view of what people think sustainable development might look like. The Peoples’ Sustainability Treaties (PST) were initiated by civil society organizations to develop collective agreements for sustainable futures beyond Rio+20 and a post 2015 agenda of the multilateral system. The PST’s are evolving a new narrative and agenda towards the transformation to a sustainable world order, providing a common platform for a collective global peoples’ movement to emerge. The PST process leads us to a deep investigation into social and natural science perspectives such as distributed leadership, collective action, resilience, the ‘commons’, and subsidiarity come into play as alternative frameworks for the well-being of all…. (text Uchita de Zoysa)

 

// tPhC // New text on Norms and Dialectics – “Deliberatieve democratie: goed voor mobiliteit, minder voor partijpolitiek”

New text on Norms and Dialectics, the journal of The PhɅAct Collective

deliberativedemocracy

Deliberatieve democratie: goed voor mobiliteit, minder voor partijpolitiek

Gaston Meskens, 19 februari 2014

Het politieke stof rond het Antwerpse mobiliteitsprobleem is even gaan liggen. “Er is nu beslist, laat ons voortgaan” zeggen de Vlaamse meerderheidspartijen in koor. Wat is er beslist? Het MECCANO tracé is beter voor de gezondheid, het BAM tracé is goedkoper en (iets) beter voor de mobiliteit. Onvergelijkbare argumenten, maar op basis van die vergelijking kiest de Vlaamse regering toch voor het BAM tracé. De BAM voorzitter ‘waarschuwt’ de actiegroepen voor onbezonnen gedrag en stelt dat ze maar beter eens nadenken of hun volgende acties wel het algemene belang zouden dienen. We kunnen alleen maar hopen dat hij bij elk van zijn eigen acties dezelfde bedenking maakt.

Bij gebrek aan debat over gezondheid

De diepere analyses achter de argumenten voor en tegen bestaan. Ze staan in het MER en in de rapporten van wetenschappers en actiegroepen. Als onderzoeker rond de mogelijkheid van deliberatieve democratie bij het omgaan met complexe kwesties zoals technologisch risico vind ik één aspect in deze zaak onderbelicht: er is in de voorbije jaren geen groep wetenschappers of politici opgestaan om ten volle de kritische argumenten rond gezondheid (pro MECCANO) te pareren met inhoudelijke kritische tegenargumenten rond gezondheid. Terwijl actiegroepen en een indrukwekkende reeks wetenschappers waarschuwden voor de negatieve gezondheidsimpact van het BAM tracé heeft niemand van het ‘BAM kamp’ ooit de moeite gedaan om een open en doordacht publiek debat rond gezondheid te organiseren. Door te focussen op mobiliteit zijn CD&V en NV-A niet alleen dat debat uit de weg gegaan, maar hebben ze zich ook afgeschermd van de kritiek dat ze in hun positie vooral verstrikt zitten in een onfrisse deal met de privésector (het contract met Noriant was al getekend vooraleer er enige mogelijkheid tot inspraak was). Om hun standpunt kracht bij te zetten was er ook een creatieve herinterpretatie van het referendum van 2009 nodig (men wil ons nu doen geloven dat het referendum over de brug ging en niet over het BAM tracé). En de socialisten? Die wringen zich in allerlei bochten en beginnen te filosoferen of de bevolking te troosten. Yasmine Kherbache ‘bedankt’ de actiegroepen maar besefte niet hoe cynisch haar boodschap kon overkomen, ook bij mensen die niet noodzakelijk negatief ingesteld zijn. Caroline Gennez houdt een filosofisch pleidooi voor deliberatieve democratie maar komt daar voor het Antwerpse mobiliteitsdossier wel tien jaar te laat mee af. Haar uitspraak als zouden de actiegroepen in deze zaak eerder professionele studie- en communicatiebureaus dan spontane burgerinitiatieven zijn is bovendien intellectueel oneerlijk of toont aan dat ze niet weet waarover ze praat. Maar haar bedenkingen geven ons wel de gelegenheid om het hele debat eens in een ander perspectief te plaatsen. Ik stel voor dat we haar suggestie voor deliberatieve democratie ernstig nemen, maar dan wel ernstiger dan zij en haar collega’s partijpolitici misschien zelf zouden willen.

[…]

lees verder in Norms and Dialectics.

 

// tPhC // New text on Norms and Dialectics – “Solidariteit moet je niet eerst verdienen”

UN NY 23 Sept 2013

New York, 6 February 2014

Proloog

Scene 1. Zondag 22 september vorig jaar, hoofdzetel Verenigde Naties, New York, werkgroep over globale doelstellingen voor duurzame ontwikkeling. Vlak voor mij zit de rijkste man op aarde. Bill Gates is invited speaker en praat minzaam en uitvoerig over zijn mega liefdadigheidsprojecten. In de vraag-en-antwoord sessie komen geen kritische vragen. Een gemiste kans, want die kritiek is alom. Bijvoorbeeld dat hij door geld in gezondheidszorg in ontwikkelingslanden te pompen de plaatselijke regimes vrijstelt van hun verantwoordelijkheid, en de indruk geeft dat bottom-up engagement niet werkt, en dat de markt het middel tegen armoede en miserie is. Top-down solidariteit als aflaat voor neoliberalisme?

Scene 2. Nacht in een Borgerhouts artiestencafé, ergens in november vorig jaar. Ik praat met Ch. over politiek. Ch. woont in mijn straat, is Marokkaan, maar wel een afvallige voor zijn gemeenschap hier, want hij drinkt bier en rookt joints. Ch. Is ook diegene die mij een aantal jaar geleden in hetzelfde café in het oog hield terwijl zijn vrienden bij mij thuis inbraken. Voordeur vernield, maar ze zijn niet binnengeraakt. De zaak is nog niet uitgepraat maar soit, vandaag drinken we samen een pint. Ch. praat vol lof over de vorige burgemeester en blijkt zeer geïnformeerd over zijn bestuur. Na een tijd vraag ik: Je hebt dan bij de verkiezingen toch ook op Patrick Janssens gestemd? Ch. kijkt mij verbaasd aan en zegt: gestemd? op de Patrick? Ah nee hè, … op Filip Dewinter natuurlijk! Hij ziet mijn verwondering, vervolgt met …da is toch grappig, zo ne grappige mens… en komt niet meer bij van het lachen…

[…]

2014 wordt niet alleen in België en Europa het politieke ‘jaar van de waarheid’. Hier in New York is er terug een vergadering van de VN werkgroep over globale doelstellingen voor duurzame ontwikkeling. Het is de laatste ‘denkoefening’ vooraleer terug over te schakelen op een politiek onderhandelingsproces naar 2015 toe. Die onderhandelingen moeten, bij het ‘aflopen’ van de millenniumdoelstellingen, een nieuw proces rond duurzame ontwikkeling lanceren, gebaseerd op mensenrechten en globale zorg voor het leefmilieu. Als het tijdens de sessie over social equity plots vrij intens over het verband tussen verantwoordelijkheid en solidariteit gaat, komen de twee scenes in mij op, maar denk ik ook aan de verkiezingen bij ons. Een paar maanden voor die moeder van alle verkiezingen wordt het publieke debat bij ons gekaapt door een populistische interpretatie van het idee van verantwoordelijkheid. Het recept is gekend: schets een doemscenario en identificeer en karakteriseer een bepaald ‘soort’ mensen dat daarin zijn verantwoordelijkheid niet neemt maar eerder profiteert of saboteert. Het gaat daarbij typisch niet over het aanklagen van big corporations maar over het stigmatiseren van soorten ‘gewone’ mensen die ‘onder ons’ te vinden zijn. Dat moet, want anders werkt het recept niet. Syriëstrijders, asielzoekers, Walen, stempelaars, kunstenaars: afhankelijk van de kwestie is er altijd wel iemand te vinden. De zaken gaan slecht, we hebben het allemaal moeilijk en moeten daarom allemaal ons best doen. Klinkt goed, ware het niet dat populisten daarbij steevast de inclusie-door-exclusie truc hanteren. Door te focussen op het identificeren en stigmatiseren van ‘probleemgevallen’ ontdoen ze zich van de last om te beschrijven wat dan wel de collectieve identiteit van hun correcte medeburgers zou zijn. Terwijl de naïeve ideologische populist gelooft dat die identiteit echt bestaat weet de strategische populist dat dat niet zo is, maar ook dat hij die ‘waarheid’ eigenlijk niet nodig heeft in zijn strategie.

Het belang van systeemkritiek, voorbij links en rechts.

Het karakteriseren van een bepaalde ‘bende profiteurs’ is strategisch simplistisch, maar het is dwingend, want het verplicht de geviseerden of diegene die voor hen opkomen om te reageren op de kritiek. Populistische politici spelen op die manier rechtstreeks in op de frustratie van de burger, en kritische systeemdenkers hebben moeite om een alternatief te formuleren dat even meeslepend is. Terwijl populisten focussen op ‘de rechten en plichten van de gewone mens’ proberen systeemdenkers nog teveel eerst abstracte concepten te (her)definiëren om daar dan hun concrete maatschappijkritiek aan op te hangen. Het recente debat over links en rechts in de betere ‘linkse’ media is daar een voorbeeld van. Om kritiek op rechts te kunnen geven moet men eerst links definiëren. De kans om daarbij in stereotypen te vervallen is groot. Links en rechts zijn metaforen die ontstaan zijn om de geschiedenis te beschrijven, en elke referentie naar die begrippen in uitspraken over het heden of de toekomst vereist extra duiding en maakt die uitspraken eerder reflectief dan meeslepend. Dergelijke debatten vormen een essentieel deel van ons intellectueel leven, maar ze kunnen geen verkiezingen sturen in een democratisch systeem dat zelf werkt volgens simplistische partijpolitiek en dat populisme in de hand werkt.

We hebben nood aan een intellectueel debat dat systeemkritiek toepast op concrete thema’s (voedsel, klimaatverandering, migratie, werkloosheid, de democratie zelf, …) zonder dat daarvoor eerst links, rechts of andere abstracte categorieën moeten benoemd worden. Die systeemkritiek is meer dan ooit nodig, want de visie op verantwoordelijkheid van wat doorgaans de ‘rechtse’ populist genoemd wordt gaat vandaag goed samen met die van de neoliberaal die het potentieel van de vrije markt als ultieme motor van maatschappelijk en ecologisch welzijn predikt. In die visie is de mens die zijn best doet de entrepreneur die innovative technologies of market mechanisms ontwikkelt en voor wie regulering niet alleen zijn creativity saboteert maar eigenlijk ook een belediging is, aangezien hij pretendeert dat hij zelf wel zijn corporate social responsibility kan nemen.

Zelfgenoegzame neoliberalen en populistische politici hebben geen nood aan reflecties over links en rechts en voelen zich er ook niet door aangesproken. Natuurlijk zijn populisten en neoliberalen zelf abstracte categorieën. Dat is op zich geen probleem, want als metaforen dienen ze niet om mensen te stigmatiseren, maar om een gedachtengoed te duiden. Dat gedachtengoed is problematisch, want beide visies op verantwoordelijkheid verbergen eigenlijk een gemeenschappelijke perverse interpretatie van het idee solidariteit. Voor beide is solidariteit namelijk iets wat je als mens eerst moet verdienen. En op die manier vinden ze elkaar in het verhaal van winners en losers. Bill Gates is een winner. Hij heeft zichzelf opgewerkt, maakt zijn eigen toekomst en heeft alles aan zichzelf te danken. Hij organiseert zijn eigen wereldsolidariteit en doet zo op een verantwoordelijke manier gewoon zijn zin. In hetzelfde perspectief is Ch. een loser. Hij moddert aan in de marge, ondermijnt zijn eigen toekomst en heeft alles aan zichzelf te danken. Hij verspilt zogezegd zijn kans op onze solidariteit want hij doet op een absurde onverantwoordelijke manier gewoon zijn zin.

Oproep

Aan eenieder met een kritische houding tegenover politiek populisme en neoliberalisme: het is vandaag meer dan ooit cruciaal om gezamenlijk het idee te onderbouwen en te verdedigen dat solidariteit niet iets is wat je als mens eerst moet verdienen. Solidariteit gaat over geven maar ook over elkaar kansen geven; geen kansen om mee te doen met het systeem, maar om zelf kritisch en verantwoordelijk te zijn in dat systeem. Het is gemakkelijk om solidair te zijn als je zelf megaveel hebt. Het is moeilijk om verantwoordelijk te zijn als je daartoe geen kansen krijgt.

UN NY Sept 2013 2

Terwijl zelfgenoegzame neoliberalen en populistische politici hard aangesproken moeten worden over de strategische manier waarop ze zogezegd hun verantwoordelijkheid nemen, moeten de Ch.’s van vandaag de kans krijgen om zelf hun verantwoordelijkheid te nemen. In beide gevallen zullen de echte profiteurs dan wel ontmaskerd worden. In het licht (of de duisternis) van de onzekere toekomst en de moeilijke uitdagingen die ons allen aanbelangen is de politieke vorm van solidariteit daarom elkaar het recht geven om zelf verantwoordelijk te zijn. Het verwerven van dat recht is voor Bill Gates geen probleem (hij koopt het), maar voor Ch. wel. Er zijn redenen om aan te nemen dat hij opgroeide en nog steeds leeft in zijn eigen microcosmos van frustratie, van alle kanten gekleurd door stereotypen over winners en losers. Ch. heeft nooit kritisch leren relativeren, terwijl Bill Gates gewoon zijn eigen relativiteit bepaalt. En tussen hen in zitten wij

Epiloog

Hoe vorm je een verantwoordelijkheidsbesef en wat ben je ermee als je geen recht hebt om zelf verantwoordelijk te zijn? Op 25 mei zullen opnieuw veel kiezers op iemand stemmen uit frustratie, omdat ze hem/haar grappig vinden, of gewoon omdat ze vinden dat hij/zij het op TV goed kan uitleggen. Een aantal van die kiezers zal niet in staat zijn om te herhalen wat hun politicus dan wel juist gezegd heeft. Niet omdat ze te dom zijn, maar omdat ze cynisch en niet geïnteresseerd zijn. Maar de verantwoordelijkheid ligt niet alleen bij hen, want ze werden door hun politicus ook niet uitgenodigd om mee na te denken. Als u straks gaat beslissen op wie u zal stemmen, ga dan eens na welke politicus u het recht geeft om in de toekomst zelf mee verantwoordelijk te zijn, niet alleen als blitse entrepreneur, maar ook als bezorgde burger die bereid is om positief mee na te denken in plaats van gefrustreerd ergens tegen te zijn. Benieuwd hoeveel kandidaten er nog gaan overblijven.

Gaston Meskens
Eighth session of the United Nations Open Working Group on Sustainable Development Goals,

/../

this text appeared in Norms and Dialectics, the Journal of the PhɅAct Collective – for more: see www.normsanddialectics.net

// tPhC // Discussion text – The Right to Be Responsible – New York

the right to be responsible

Discussion text published on the occasion of the Post-2015, Millennium Development Goals and Sustainable Development Goals events, United Nations General Assembly, New York, September 2013

(Dutch version: read here)

Since last year, I moderate a discussion about human rights among an international network of NGO’s. The discussion is part of an initiative that was taken on the occasion of the United Nations world summit on sustainable development as an answer to the lack of fundamental political attention to the importance of human rights as a criterion for sustainable development[1].  More than one year after Rio+20 and on the occasion of the opening week of the United Nations General Assembly, it is time to look back on that discussion and to look forward to how human rights will be taken up in the post Rio+20 process. Here in New York, there’s more than the case of Syria or Iran on the agenda. Politicians, the private sector, scientists and NGO’s also gathered to debate a policy process for sustainable development that should replace the millennium development goals initiative from 2015 on. A focus shift from concrete goals to a ‘vague’ process that aims ‘to care for sustainable development’ is not necessarily a negative move. It may also offer an opportunity to reflect on a new vision on human rights: a vision that would not only have the potential to effect well-being, environmental protection and fair markets, but that would also complicate a simply passing on of responsibilities from one to another. In this short text, I can only sketch the idea. I invite you to reflect on it and provide feedback.

The societal challenges are complex: people have different visions on what should happen, but also on what actually the problems are. Not only is the knowledge that can be used to reason about these problems ‘coloured’ by uncertainties and unknowns, we also have to accept that, even if we all would see a problem the same way, then opinions on solutions can still be different. Therefore, in light (or darkness) of the complex, the uncertain and the unknown, the only principle that remains is the principle that every human being would need to have the equal right to contribute to making sense of ‘what is’ and ‘what ought to be’. The right to be responsible in the interest of sustainable development and humanitarian well-being translates as a joint engagement to create possibilities for every human to be responsible, and thus as a care for participative democracy, self-critical policy supportive research and accessible and pluralist basic and advanced education. Intellectual solidarity as a synergy of care for intellectual emancipation (rights) and intellectual confrontation (responsibilities) will make the weaker more resilient and actively responsible, and will confront the powerful (the company, the nation state, the cultural guru) with their rationales used to preserve their own power positions.

The right to be responsible can, as principle, as well inspire the way we locally live together everyday as it can instruct markets and politics at the global level. To illustrate this, I sketch (although too brief) three examples of a different kind. (1) There is nothing wrong with expressing a religious or cultural belief through a specific ‘dress code’, but in a culture that prescribes more stringent codes of behaviour for women than for men, a woman’s ‘right to be responsible’ is limited, which implies f.i. that she cannot freely choose for herself to wear a headscarf or not. (2) There is nothing criminal about burning coal, oil or gas for energy production. But in the climate change debate, now blocked by a north-south stalemate and national protectionism, the right to be responsible would need to be passed on to those who produce and consume the energy: the different sectors (energy, agriculture, transport, industry) and the citizen. (3) There is nothing wrong in principle with thinking in terms of economic profit. But the current seeds politics of Monsanto deprives the local farmer of the right to be responsible for sustainable food.

This vision inspires the discussion text I drafted for the dialogue on human rights within the NGO network. The (apparently) radical point of departure did appeal to many, but also disturbed many others. Critiques went from ‘intellectually imperialist’ over ‘too academic’ to ‘plain naïve’, with the additional claim that there are more urgent issues to tackle, being there climate change, poverty and the financial crisis. It is true that these problems need action that cannot wait until a new era of enlightenment has come. On the other hand, we understand that sustainable development is as much about tackling misuse of power, poverty and disordered socio-economic systems now as it is about providing humans with capacities to stand stronger against power and to take care of themselves in these socio-economic systems in the future. Therefore, in the darkness of complexity and uncertainty and in light of pluralism and tolerance, the idea is that the principle of ‘the right to be responsible’ for every human being would be the only meaningful point of departure to speak of human rights today. Meaningful, as the principle inspires concrete change in how we organise democracy, scientific research and education, but also because it cannot be misused by politics or the market. The ‘right to food’ can still be strategically incorporated in the oppressive and exploiting seeds politics of Monsanto, while the ‘right to have a political voice’ can still be strategically interpreted by populist and authoritarian politicians as giving citizens the right to elect a politician who then, from a detached position, can speak in their place, instead of as the right to real participation in concrete cases of societal interest.

Meanwhile, it remains difficult to put human rights at the centre of attention of the political agenda, especially because it becomes more and more clear that the millennium development goals will not be met. Rather than motivating concrete action, the MDG numbers and deadlines have stirred political and economic actors to take position and strengthen the ratio of their own stake. An agenda that should have set off deliberations on transition paths ended up as a work plan of negotiating excuses of why we would not get there. Advancing from the principle of the equal ‘human right to be responsible’, human rights need central attention in global sustainable development dialogues and negotiations, not only in the interest of a livable earth and a fair global market, but also because it would create global and local possibilities to jointly reflect on what we find important in daily life. Also as a resistance to the fixation on ‘green’ economic growth as the so-called motor for sustainable development and humanitarian well-being, people here in New York and all over the world cooperate to bring human rights from the periphery to the centre of political attention. Join us and share your comments and thoughts with us.

Gaston Meskens, New York, 24 September 2013

Read more about the project The Possibility of Global Governance at http://www.the-possibility-of-global-governance.net/.

// tPhC // Lecture ‘The Trouble with Justification’ – Buenos Aires

NRA Seminar

 

Invited Lecture – The Trouble with Justification – Getting Straight on the Science and Politics of Nuclear Energy

done at the Seminar “Nuclear Policy in Argentina and the World”, Buenos Aires, 25 April 2013

The way nuclear energy technology ‘escapes’ a deliberate justification approach as an energy technology on a transnational level is today in sharp contrast with the way fossil fuel energy technologies are subject of global negotiations driven by the doom of climate change. The claim put forward in this lecture is that this ‘denial’ is a symptom of a contemporary settled ‘comfort of polarisation’ around the use of nuclear energy technology that is deeply rooted in the organisational structures of politics, science and informed civil society. The lecture argues for the need to develop a new rationale that aims to seek societal trust ‘by method instead of proof’, taking into account that the outcome of such a justification process might as well be an acceptance or a rejection of the technology. It sketches what this ‘deliberate-political’ approach would be in theory and practice, briefly hits at two contemporary myths that would relativize the need for this approach and concludes with a ‘pragmatic’ list of elements of an advanced framework for deliberation on nuclear energy technology and on energy in general.

[…]

See more about the Seminar here.

 

// tPhC // The PhɅAct Collective at the World Social Forum (Tunis)

wsf banner

A conversation on

The human rights principle for sustainable development governance

when: World Social Forum 2013, 27 March 2013, 13h00 – 15h30
where: Room TD4 at the University Campus El Manar, Tunis.

See the event flyer here. Visit the official website of the World Social Forum here.

[…]

What if …

in face of the urgent but complex challenges we need to tackle today, we would understand human rights as providing ‘the right to be responsible‘ for every human? Would this way of looking at social justice and at fair and effective governance provide a way to meaningfully discuss rights and responsibilities for authorities, institutions, private sector actors and individual citizens?

The conversation, seen as ‘an exercise in global ethics – thinking’ will try to map and discuss rights and responsibilities relevant to specific themes of sustainable development (food, water, energy, health,  education, …). The event is meant to be an open conversation inspired by your views on the issues, whatever your background or interest is.

More information here.